Beschrijving
Het idee van “Ranges of Érard” was om een soort labyrintisch programma samen te stellen, waarin het mogelijk zou zijn om na elk stuk een andere weg in te slaan. Zo werd “La puerto del vino” van Claude Debussy, samen met de stukken van Manuel de Falla en Ignacio Cervantes, een poort naar dit nieuwe, Spaans gekleurde verhaal. De heldere, karakteristieke klank van een Érard Grand leek perfect geschikt voor de coloristische eigenschappen en expressie van Spaanse en Zuid-Amerikaanse muziek. Het was opnieuw een fascinerende zoektocht naar wat een levendig, veelzijdig programma is geworden. Bij het spelen van “Lindaraja” van Debussy ontdekte Ksenia dat het arrangement van Roger-Ducasse soms gebreken vertoonde. Gelukkig was het vierhandige manuscript van Debussy beschikbaar, zodat ze de nodige wijzigingen in de partituur kon aanbrengen. De korte stukken van Cervantes werden een soort speelgoed, Kouzmenko speelde ze met licht gevarieerde herhalingen, zoals in die tijd gebruikelijk was. Een inspirerende reis door de Pyreneeën en de Cerdaña, horen we in de nummers van de Suite “Cerdaña” van Séverac, naar de pittoreske bergdorpjes Puigcerdá, Llivia en Font-Romeu. Het houten kruisbeeld in de kerk van Llivia, waar de muilezeldrijvers voor hadden gestaan. Het was geen geïdealiseerde Christusfiguur, maar een jonge man, met een gewoon kapsel en een klein donker baardje. Het maakte een zeer realistische indruk, en misschien was het daarom zo aangrijpend. Het geboortehuis van Albéniz in Camprodon, de plek waar zijn Bechstein Grand nog steeds staat, het geluid van de Catalaanse Cobla in Céret, waar Séverac lange tijd woonde.
De omhullende hitte en de zoete, onnavolgbare geur van Cuba, en als Ksenia haar ogen sluit ziet ze haar ouders naast elkaar, die de Cubaanse dansen van Cervantes vierhandig spelen op een oude piano in Camagüey...